Overheid stopt met opsporingssysteem SyRI

0
1279

De wetgeving die het fraude-opsporingssysteem SyRI regelt, is in strijd met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Het systeem maakt  te veel inbreuk op de privacy. Dat heeft de rechtbank in Den Haag bepaald. SyRI kan dus niet als middel voor handhaving worden ingezet, schrijft het ministerie  van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in een reactie.

Een groep maatschappelijke organisaties, twee individuele burgers en de FNV hebben de Nederlandse staat eerder voor de rechter gedaagd vanwege discriminerende opsporingspraktijken met SyRI (Systeem Risico Indicatie). Gemeenten en andere instanties gebruikten het wettelijk instrument om bijvoorbeeld bijstandsfraude op te sporen.

“Dit is verrassend goed nieuws”, reageert Maxim Februari, die net als Tommy Wieringa op verzoek van de organisaties als individueel burger aan de rechtszaak meedeed. “Het is aan het parlement en de pers om te controleren of de overheid zich aan de uitspraak van de rechter houdt.” Ook internationaal is de uitspraak belangrijk, aldus Februari. “Het is al opgepikt door The Guardian.”

De rechter heeft nu bepaald dat de SyRI-wetgeving niet aan artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens voldoet. Dat bescherm het recht op het privéleven. Er is volgens de rechter geen eerlijke balans tussen het maatschappelijk belang van de SyRI-wet en de inbreuk op het privéleven door de wet. De SyRi-wetgeving is onvoldoende inzichtelijk en controleerbaar, meent de rechtbank.

 

advertentie Regenboog Groep

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in