Klanten van de Dienst Werk, Participatie en Inkomen (WPI, de vroegere Sociale Dienst) zijn niet tevreden over de dienstverlening bij het afwikkelen van klachten. WPI krijgt van de bijstandsgerechtigden het cijfer 4-.
De Dienst WPI maakt twee kaar per jaar de balans op van al haar activiteiten. Naast een reeks cijfers over de instroom en uitstroom in de bijstand, en de voortgang bij tal van projecten (cohortaanpak, werkbrigade, etcetera) rapporteert de dienst ook over de klanttevredenheid van de dienstverlening op vier deelgebieden. De waardering van de klanten van WPI rond het aanvragen van een uitkering is stabiel, met rapportcijfers tussen de 5 en de 8. Het verrekenen van andere inkomsten met de uitkering krijgt een waardering 6. Minder goed is het cijfer bij de uitstroom naar werk: die daalt van een 7 in 2019 naar een 5 in 2020. Het slechtste cijfer komt van de afhandeling van klachten: die daalt van een 6 in 2019 naar een 4- in 2020.
Te weinig tijdig afhandelen van klachten
Dat lage waarderingscijfer bij de afhandeling van klachten houdt mogelijk verband met een ander cijfer uit de rapportage van WPI: het al dan niet tijdig afhandelen van klachten. De gemeente heeft voor dit jaar als doelstelling dat 90 procent van de klachten tijdig moet zijn afgehandeld. De werkelijkheid anno 2020 is 79 procent, met een dip in maart van 71 procent. De gemeente: “De klanttevredenheid over klachtenafhandeling neemt af. Met name de duur en duidelijkheid van afhandeling van klachten worden negatief ervaren. Omdat een groot aantal nieuwe klachten wordt ingediend in het kader van aanvragen TOZO, is het vermoeden dat dit met elkaar samenhangt.”
Werken loont, ook voor de gemeente
De gemeente heeft een reeks projecten opgezet om zoveel mogelijk mensen vanuit de bijstand aan het werk te helpen. Dat is niet alleen uit sociaal oogpunt van belang, de gemeente heeft er ook een financieel belang bij, blijkt uit de rapportage van WPI. “Minder Amsterdammers in de bijstand betekent ook dat er minder geld uitgegeven hoeft te worden aan uitkeringen. Alleen als Amsterdam de landelijke trend voor het aantal uitkeringsgerechtigden volgt, ontvangen we blijvend een passend budget waarmee alle uitkeringen kunnen worden gefinancierd. Het college investeert deze coalitieperiode 20 miljoen euro om de daling te bereiken.”