“Heel veel zaken in Amsterdam kunnen beter”
Dat is kort samengevat het oordeel van gemeenteraadslid Bloemberg (Partij voor de Dieren) over het Amsterdamse beleid betreffende Werk, Inkomen en Armoede. “Er gaat niet iets echt fout, maar veel zaken kunnen gewoon veel beter”, zegt Bloemberg en ze noemt zonder aarzeling een paar belangrijke onderwerpen op. “Amsterdam mag geen stad worden waar alleen de rijken kunnen wonen. Dat heeft consequenties voor het beleid van de gemeente: zo moet bijvoorbeeld de verkoop van sociale huurwoningen stoppen”, aldus Bloemberg.
Ook op het gebied van onderwijs valt nog veel te doen. “Voor iedereen gelijke kansen, waar je ook woont, zodat er geen verschil is in kansen voor kinderen tussen bijvoorbeeld Nieuw-West en Centrum.” Ook de voorschool heeft haar aandacht, een opvangvoorziening met een educatief karakter voor kinderen van twee tot vier jaar. “De eigen bijdrage voor minima bij dit schooltype moet laag blijven, zodat alle kinderen na de voorschool een goede start kunnen maken op de basisschool.” In cijfers: de eigen bijdrage is afhankelijk van het inkomen van de ouders, maar voor ouders met een minimuminkomen is de eigen bijdrage 19 euro per maand.
Huisdier consult voor minima
Bloemberg noemt ook een aantal voorbeelden, waarbij vooral de inbreng van de Partij voor de Dieren doorslaggevend was voor het doorvoeren van nieuw beleid. Als eerste noemt ze de ‘ADAM-regeling’, ingevoerd om mensen met een kleine beurs ook de kans te geven met een huisdier naar de dierenarts te gaan. Bloemberg: “Amsterdammers die in het bezit zijn van een stadspas met groene stip kunnen met een ziek huisdier gebruik maken van de Amsterdamse Dierenhulp aan Minima-regeling (ADAM-regeling).” Met zo’n pas kan men met één huisdier één keer gratis naar de dierenarts voor een consult. Als blijkt dat een medische behandeling noodzakelijk is, vergoedt de gemeente de helft van de kosten, aldus Bloemberg. Sinds de invoering in 2016 zijn al meer dan 10.000 huisdieren geholpen met een gratis bezoek aan de dierenarts.
Een tweede voorbeeld waar Bloemberg de inbreng van de Partij voor de Dieren van doorslaggevend belang vindt, is de afspraak dat daklozen tijdens de winterkoudeopvang ook opvang voor hun dier kunnen krijgen als ze naar de opvang moeten. Een laatste voorbeeld betreft een aangenomen motie van de PvdD (alleen de SP was tegen) dat slachtoffers van huiselijk geweld snel worden geholpen, bijvoorbeeld met het op eigen naam zetten van een uitkering. “Een slachtoffer heeft na zo’n gebeurtenis wel wat anders aan haar hoofd dan het regelen van allerlei administratieve zaken en de gemeente kan dan helpen om allerlei zaken sneller te regelen.” In 2020 wordt bekeken of de regeling goed werkt, zegt Bloemberg.
Tot 05.15 uur vergaderen
Raadslid zijn kost veel tijd, zegt Jennifer Bloemberg-Issa (1986). Bloemberg zit namens de Partij voor de Dieren in drie commissies van de gemeenteraad: naast de commissie voor Werk, Inkomen en Onderwijs (WIO) zit ze ook in de commissie voor de Zorg en voor Ruimtelijke Ordening. “Het werk voor de raad kost tot wel 40 uur per week.” En dat raadswerk doet Bloemberg naast haar studie voor leraar maatschappijleer. Eerder studeerde ze al Sociale Wetenschappen en Sociologie in Utrecht en Amsterdam (VU).
Na haar studie was Bloemberg werkzaam als beleidsmedewerker van de Tweede Kamerfractie van haar partij. Sinds vorig jaar is ze raadslid in Amsterdam. Het gesprek met Bloemberg vond plaats op vrijdag 11 juli, een paar uur na de laatste gemeenteraadsvergadering vóór het reces. Die duurde tot 05.15 uur in de vroege morgen. Dat had Bloemberg niet eerder meegemaakt. “Er waren bijna 300 moties waarover moest worden gestemd.”
Eerder in deze serie:
– El Ksaihi (D66)
– Claire Martens (VVD)
– Carolien de Heer (PvdA)
– Erik Flentge (SP)
– Tirza de Fockert (GroenLinks)