“Er zijn steeds meer werkende armen”
Dat zegt Erik Flentge, lid van de Gemeenteraad van Amsterdam sinds 2014. Hij is trots op de tientallen miljoen euro’s extra die de gemeente jaarlijks besteedt aan de bestrijding van armoede, maar het blijft toch een beetje dweilen met de kraan open. “Amsterdam kan niet meer doen dan proberen een deel van de gaten te dichten die ontstaan door het beleid van de regering in Den Haag.”
Papieren kloof
De grootste ergernis van Flentge is de kloof tussen het papieren beleid van het stadhuis en de werkelijk van mensen in de stad. Hij noemt als voorbeeld het armoedebeleid. “We bereiken lang niet alle mensen die hulp nodig hebben. Bovendien hebben veel mensen vaak geen idee waar ze recht op hebben.” De enige oplossing is om dit vraagstuk op te lossen, is een “laagdrempelige, integrale aanpak op wijkniveau” door de gemeente, zegt Flentge. “Ambtenaren moeten meer de wijken in.” Daar komt nog bij dat veel mensen bang zijn om hun hele hebben en houden aan de gemeente vertellen, uit angst voor sancties, zegt Flentge. “Wie wel eens voor een paar dagen stiekem zijn woning verhuurt, durft dat niet te melden, terwijl dat voor tal van armoederegelingen geen probleem hoeft te zijn.”
Werkende armen
Een tweede vraagstuk zijn de ‘werkende armen’. “Dat is een groeiende groep mensen, die tot nu toe buiten elke regeling vallen.” Flentge is daar erg duidelijk over. “Deze groep groeit flink en de politiek in Den Haag doet er helemaal niets aan.” De winsten van veel bedrijven stijgen en de gewone werkende man staat al jaren op de nullijn, is de stellige overtuiging van Flentge. “Veel flexbanen, korte arbeidscontracten en steeds duurdere ziektekosten, ga er maar aan staan.” Volgens hem wordt de kloof tussen deze groep mensen en de mensen die het goed hebben, steeds groter. Hij is daarom blij dat de Amsterdamse regelingen voor armoede nu ook toegankelijk zijn voor mensen met een inkomen tot 130 procent van het minimuminkomen. “Primair een initiatief van de SP”, zegt Flentge. “En ik ben er trots op.” Volgens hem bedraagt het budget voor armoederegelingen nu jaarlijks meer van 25 miljoen euro.
Kinderarmoede
Een derde aandachtpunt van Flentge is kinderarmoede. Een groot en vaak onderbelicht vraagstuk, zegt hij. “Armoede onder kinderen is groter dan onder welke andere leeftijdscategorie dan ook.” Hij is dan ook blij met de bestaande regelingen (zoals vergoedingen voor laptops en kinderkleren), maar benadrukt dat het nog steeds moeilijk is om deze groep te bereiken. “Mensen schamen zich vaak om te erkennen dat ze hulp nodig hebben.” Maar ook voor deze groep geldt dat hulp aan hen toch een beetje dweilen met de kraan open is. “Hogere lonen en hogere uitkeringen is de beste duurzame oplossing.”
Erik Flentge
Vader van drie kinderen, een parttime baan bij ISK en fractievoorzitter van de SP in de gemeenteraad van Amsterdam. Flentge (1967) is een drukbezet man. “Het is voortdurend worstelen met de tijd, maar het is ook heel leuk om te doen.” Vooral het fractievoorzitterschap vraagt veel aandacht. “Afstemmen met de andere collegepartijen en soms met de Haagse politiek.” Die Haagse politiek kent Flengte trouwens als zijn broekzak: tot november 2018 was hij fractiemedewerker van de Tweede Kamerfractie van de SP. Flentge is historicus (UvA) en is zeven jaar leraar geschiedenis geweest. Ook was hij werkzaam bij uitgever Malmberg (onderwijsboeken), adviseur bij onderwijskoepel VOO en medewerker bij de Amsterdamse bibliotheek OBA voor volwasseneneducatie. Maar zijn passie is politiek. Flentge is nog maar kort lid van de raadscommissie Werk, Inkomen en Onderwijs (WIO). Ambities om wethouder of Tweede Kamerlid te worden heeft hij niet. “Ik ben geen bestuurder. Ik ben meer een activist, die wil strijden tegen onrecht en wil opkomen voor de belangen van bewoners.”
Eerdere portretten in deze reeks: