D66 is de grote winnaar in Amsterdam bij de Tweede Kamer verkiezingen. Opvallend is ook de winst van BIJ1 en Volt.
Het is lastig om de uitslag van de verkiezingen van de Tweede Kamer in 2021 te vergelijken met die van de gemeenteraad in 2018, zeker tijdens deze corona-crisis. Maar we doen het toch. Om te beginnen valt op dat GroenLinks in Amsterdam meer dan halveert: van 22.2 procent van de stemmen in 2018 naar 10.3 procent deze maand. Deze terugval is vooral goed te zien in IJburg, waar ongeveer 9 van de 10 kiesgerechtigden is gaan stemmen, terwijl de opkomst in 2017 rond de 70 procent lag. In IJburg was ophef rond de komst van windmolens en een biomassacentrale. GroenLinks verliest hier nog forser dan elders in de stad.
Flinke winst voor BIJ1 en Volt
BIJ1 behaalde een mooie overwinning, vooral door de goede opkomst in Zuidoost. DENK was vooral sterk in West en Nieuw West, maar bleef iets achter op de cijfers van 2018. DENK haalde 6.2 procent de stemmen en bleef daarmee achter op 2018 (6.7 procent). BIJ1 sprong van ruim een procent in 2018 naar 5.9 procent in 2021. De nieuwe partij Volt behaalde in Amsterdam 6.0 procent en bleef daarmee net voor BIJ1. Volt is nu nummer zeven na het rijtje D66, VVD, GroenLinks, PvdA, PvdD en DENK.
Grote sprong voor D66
De grote overwinnaar in Amsterdam was D66, met bijna 100.000 stemmen, oftewel 22.8 procent van de stemmen (2018: 17.8 procent), dus nog meer dan GroenLinks in 2018. De VVD moest een stapje terug doen, maar werd met 12.7 procent van de stemmen wel de nummer twee van de stad. In 2018 werd het ‘knetterlinkse’ college gevormd door GroenLinks, D66, PvdA en SP met toen 57.9 procent van de stemmen. De grote winst van D66 en het verlies van GroenLinks, SP en de PvdA verandert niet zo veel aan het gezamenlijke percentage (2021: 55.6 procent), maar de onderlinge verhoudingen zijn ingrijpend gewijzigd. Volgend jaar zijn er raadsverkiezingen en D66 fractievoorzitter Van Dantzig bereid zich dan ook al voor op ‘de slag om Mokum’.
