Gezonde pakketten via Boeren voor buren

Met shoppers vol gezonde aardappelen en groente uit Flevoland helpen de vrijwilligers van stichting 'Boeren voor buren' minima door de corona-crisis heen. En dat is hard nodig.

0
1893
Martin Topper en Eric Traa | © George Maas/Fotonova
Tekst Jos Verdonk | Beeld George Maas/Fotonova

Martin Topper is boer in Flevoland. Op zijn gemengde akkerbouwbedrijf Zonneheerdt teelt hij aardappelen, bieten, gerst, tarwe en uien. Daarnaast heeft hij nog specialiteiten, die bestemd zijn voor restaurants over de gehele wereld in het hoge segment: kleurbieten, kleurwortels en pastinaak. Topper heeft negen man personeel en negentig procent van wat hij teelt, is bedoeld voor de export. Nu staan zijn opslagruimten vol met wortel of waspeen met de poëtische naam purple haze. “Die waspenen zijn donkerpaars, de oorspronkelijke kleur van de oerwortel. Peen is in de natuur nooit oranje geweest. Voor Willem van Oranje zijn tuinders oranje wortelen gaan kweken”, doceert hij.

Eric Traa werkt al meer dan dertig jaar voor Rabobank en is daar directeur marktteams. Via zijn werk leerde hij Abdelhamid Idrissi kennen, oprichter van 24 studiezalen in Amsterdam-Noord en Nieuw-West en Amsterdammer van het jaar 2018. Idrissi kende voor de corona uitbrak alleen al in deze stadsdelen honderden financieel kwetsbare gezinnen. De groep is sindsdien alleen maar gegroeid. Dat is de verborgen armoede in Amsterdam.

Terwijl duizenden Amsterdammers steeds meer moeite moesten doen om het hoofd boven water te houden, kampten boeren als Martin Topper met een ander probleem. Ze konden hun producten niet meer kwijt omdat de export tot stilstand was gekomen.

Eric Traa: “Van Abdelhamid hoorde ik dat er zo’n 700 Amsterdamse gezinnen in acute nood verkeerden. Diezelfde dag las ik dat er in de wereld een overschot was van een miljard kilo aardappelen, doordat de export was stilgevallen. Toen werd ik boos. Ik heb Barbara Baarsma, directievoorzitter van Rabobank Amsterdam, gemaild. Ik wilde die twee werelden bij elkaar brengen!”

Idrissi en Traa sloegen met sociaal ondernemer Ruben Nieuwenhuis de handen ineen. “We hebben in maart in drie dagen een businessplan gemaakt en daar 24 mensen op gezet. We hebben in korte tijd echt een bedrijf gebouwd. Begin april, slechts een paar weken na de lockdown, konden 250 Amsterdamse gezinnen een boodschappenshopper vol aardappelen, wortelen, uien en andere eerlijke groente uit de Flevopolder ophalen. De stichting heeft na vijf uitgiften al 35.000 kilo aardappelen en groente geleverd aan de Amsterdamse buren van de Flevoboeren.

Eerlijke prijsafspraken

De naam Boeren voor buren werd bedacht door Traa’s echtgenote. “Mijn gezin was met mij aan het meedenken aan de eettafel en toen kwam ze spontaan met die naam. Wij kunnen met de boeren uit Flevoland goede en eerlijke prijsafspraken maken. Door groot in te kopen, kunnen Amsterdamse minimagezinnen voor een lage prijs aan kwalitatief uitstekend voedsel komen. Rabobank faciliteert dit project deels en al het werk voor de stichting wordt gedaan door vrijwilligers.”

De eerste uitgifte van de shoppers vanuit een loods in het Amsterdamse havengebied was een donatie van sponsors. Dat is echter iets wat Eric Traa juist niet meer wil. “Doneren is prima, maar als je mensen een klein bedrag laat betalen, komen ze met opgeheven hoofd binnen. Bij die eerste levering pakketten heb ik schaamte gezien. Anderhalve week geleden mocht ik zelf de pakketten uitreiken en dan zie je van alles. Alles en iedereen kwam voorbij: ouderen, studenten, eenoudergezinnen, een jong stel met een kindje dat vanuit Zuidoost naar Noord was komen fietsen. En dan met zo’n zware tas aan het stuur weer naar huis.”

Het bedrijf van Martin Topper is zo groot dat je voor een inspectie of tour beter de auto kunt nemen. Dat doen we, corona-proof met vier man in drie auto’s. We staan voor rijen en rijen purple haze, van onze voeten tot het einde van de einder 350 meter lang. “Laatst zijn hier ter promotie van mijn sector filmopnames gemaakt met een drone. “De zon die opkomt met de mist boven het land. Om je een indruk te geven: als je 50.000 gezinnen een kilo wortelen per week geeft, staat op dit blokje van twee hectare voor drie weken product.”

Traa: “Aan het begin heb ik Abdelhamid gevraagd wat hij nodig had. Hij zei: ‘Aardappelen, uien en tomaten.’ Dat is gewoon Hollands hè? Na de eerste donatie kreeg ik van Turkse, Marokkaanse en Surinaamse moeders foto’s van de gerechten die van de pakketten zijn gemaakt. Waanzinnig wat ze ervan maken. Een Marokkaanse vrijwilligster die door corona geen werk heeft, heeft voor onze pakketten zeven recepten geschreven. Stadspashouders kregen ook een receptenboek van de gemeente.”

Verspilling tegengaan

Idrissi en Traa hebben met de pakketten nog andere doelen, zoals meer bewustwording over voedsel en tegengaan van obesitas bij vooral kinderen. Traa: “Via deze gezonde pakketten willen we overgewicht bespreekbaar maken”. Topper: “Zolang supermarkten diepgevroren friet zo goedkoop aanbieden, gaan arme mensen geen gezond eten kopen.”

We leven in een tijd waarin grote waarde wordt gehecht aan diversiteit, maar alle verse groente moet er in de supermarkt precies hetzelfde uitzien, met alle verspilling vandien. Topper: “Het klinkt lullig, maar ik heb de meeste problemen met de retail. Vorig jaar werden mijn wortels afgekeurd door een klant, omdat ze niet in de bakjes pasten. Paprika’s met een zonnevlekje willen supermarkten niet in de schappen, terwijl je die plekjes er makkelijk uit kan snijden en dan nog een prima product hebt. Komkommers mogen niet krom zijn van supermarkten. Ik heb de horeca gelukkig zo ver dat ze kromme komkommers accepteren.”

Volgens Martin Topper is de manier waarop in Nederland voedsel wordt geproduceerd door en door verrot. “Uien gaan normaal eerst naar het buitenland. Dan worden ze bijvoorbeeld in Polen geschild en gesneden en komen dan weer terug. Agrarische producten hebben geen gezicht meer in Nederland. Consumenten hebben geen idee waar vandaan producten komen.”

Traa: “Abdelhamid is een Amsterdamse Marokkaanse gestudeerde man, die nooit van zijn leven een boer had ontmoet. Onlangs is hij bij Martin geweest. Hij belde me ’s avonds op, helemaal verrast. Hij zei: ‘Wat zijn boeren lief!’ ‘Dat vinden wij niet altijd hoor!’ was toen mijn eerste verkeerde reactie.”

De bedoeling is dat Boeren voor buren ook na de coronatijd doorgaat met de distributie van gezond voedsel naar minima-gezinnen. Traa: “Onze ambitie is dat we vijftigduizend gezinnnen in Amsterdam elke veertien dagen gaan voorzien van pakketten. Barbara Baarsma vroeg me wat de slagingskans ervan is en ik heb gezegd: 95 procent! We richten ons bewust alleen op Stadspashouders, omdat we niet de hele wereld kunnen redden.”

Traa is vandaag op bezoek bij Topper, maar binnenkort komt Topper naar Nieuw-West om te kunnen zien wat zijn aardappelen, uien en bieten teweegbrengen. Het is wellicht ironisch dat er een crisis als corona voor nodig is geweest om boeren uit Flevoland en buren in Amsterdam bijeen te brengen. Traa: “Of dit zonder corona ook zou zijn gelukt? Ik denk het niet. Ik ga daar tijdens mijn vakantie over nadenken. Ik ben er dag en nacht mee bezig geweest en moet dit nog verwerken.”

Mensen die in het bezit zijn van een Stadspas vormen de doelgroep van ‘Boeren voor buren’. Stadspashouders kiezen uit twee shoppers met 10 kilo (10,-) en 16 kilo (15,-) groente en aardappelen. Deze producten blijven ook buiten de koelkast minimaal twee weken goed. Het streven is dat deelnemers elke week zo’n pakket kunnen afhalen bij de Kromhouthal in Amsterdam-Noord. Naar extra locaties voor uitgifte wordt op dit moment druk gezocht. Betalen kan alleen vooraf en online via boerenvoorburen.nl

advertentie Regenboog Groep

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in