Sinds 1 maart is er een noodpakket in het leven geroepen om ondernemers en zzp’ers door de coronacrisis te helpen. Zelfstandigen met een grote omzetdaling en lage vaste lasten kunnen, ondanks de noodmaatregelen, onder het sociaal minimum terechtkomen.
De Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) is nadrukkelijk bedoeld om in levensonderhoud te voorzien. De Tozo is niet voor onkosten uit de onderneming, zoals de huur van een werkplek, bedrijfsauto of materialen. Bij het invullen van de winstverklaring achteraf kunnen dan ook geen bedragen onder nul worden opgegeven. Ook kan verlies uit de ene maand niet worden verrekend met winst uit een andere maand, ongeacht of het binnen dezelfde uitkeringsperiode valt.
Voor de Tegemoetkoming vaste lasten (TVL), die wel bedoeld is voor onkosten uit de onderneming, gelden aanvullende voorwaarden. De vaste lasten moeten per drie maanden minimaal 4.000 euro bedragen en het beroep moet op een lijst van geselecteerde SBI-codes [Standaard Bedrijfsindeling, red.] staan.
Als de ondernemer geen inkomsten heeft, maar wel een werkplek moet huren om de onderneming in de nabije toekomst weer overeind te krijgen, kunnen die onkosten dus niet op de Tozo of TVL worden verhaald. Het inkomen komt dan onder bijstandsniveau.
Het probleem is bekend bij de gemeente Amsterdam. “Het is mijn inzet om iedereen die dat nodig heeft zo goed mogelijk door deze crisis heen te helpen”, reageert wethouder Rutger Groot Wassink. “Er zitten helaas altijd haken en ogen aan de uitvoering van een landelijke regeling als de Tozo. Het heeft onze aandacht, we zullen dit bespreken met het ministerie.”
