‘Moeder des Mugs’, sinds jaar en dag als vrijwilliger betrokken bij de distributie van MUG Magazine, heeft een hobby dankzij een misverstand. Tony Strijbosch (1939) verzamelt olifantjes. “Dat is in Den Helder begonnen. Per ongeluk.” Haar voorliefde voor dikhuiden heeft niks te maken met het vuurrode olifantenlogo van MUG.
“Met mijn ex-man had ik een horecabedrijf in Den Helder. Toen onze kok overleed, moesten wij zijn huis leeghalen, want hij had vrouw noch kinderen. Die man spaarde olifanten. Er was een grote olifant bij waar je een plant op kon zetten, meer een tafeltje eigenlijk. Dat vond ik wel een geinig ding en heb ik toen gehouden. Vanaf dat moment dacht iedereen dat ik olifanten spaarde, maar dat was dus helemaal niet zo!”
Oppaskinderen
Het olifantentafeltje is inmiddels niet meer. “Dat heb ik weggegeven.” Sinds dat ene olifantentafeltje nemen alle vrienden, kennissen, familieleden en oppaskinderen olifanten voor Tony mee van hun vakanties en verre reizen. Olifanten uit Afrika, India, Polen, het voormalige Tsjechoslowakije en Portugal. “Dan denk ik vaak, mijn god wat een groot cadeau weer! Dat hoeft toch helemaal niet?”
Haar ruime woning in Amsterdam-Zuid is afgeladen met olifantenparafernalia. Een wandkast vol met beeldjes, een kokosmat in de vorm van een olifant, een kleine pentekening van een olifant in een hand, schilderijtjes, koffiekopjes, gordijnklemmetjes en zelfs olifantenoorbellen. Tony slaapt onder een olifantendekbed en het hemeltje erboven heeft een olifantenpatroon. Enkele van Tony’s olifanten hebben inmiddels asiel gekregen op de redactieburelen van MUG Magazine.
Een verhaal achter elke olifant
We staan voor een grote wandkast, die tot de nok toe is gevuld met olifanten. “Een keer in de drie maanden maak ik die kast schoon. Dat is vreselijk! Alles moet er dan af. Ik ben er uren mee bezig!”
Achter elke olifant uit Tony’s collectie zit een verhaal. “Die kleintjes kreeg ik van mijn kleinkinderen op mijn verjaardagen, want kinderen hebben nooit veel centjes. Die olifanten op een rij komen uit Indonesië. Daar diende de mijn zwager na de oorlog. Dat was een lieve man. Hij is jong gestorven en ik kreeg dat beeldje na zijn overlijden van mijn zusje.”
Tony’s lievelingsolifant is een houten marionet. “Dat is de enige die ik gekocht heb, want ik krijg altijd alles. Het was op een veiling. Of heb ik die nou tóch gekregen? Ik weet het niet meer.”
Tony heeft geen flauw idee hoeveel olifanten ze heeft. “Ik heb ze nooit geteld. Toen ik ermee begon, had ik eigenlijk niks met olifanten, maar inmiddels natuurlijk wel!”