De 7.295 Amsterdamse statushouders komen vooral uit Syrië (43 procent) en Ethiopië/Eritrea (21 procent). 62 procent van alle statushouders heeft een bijstandsuitkering.
De gemeente Amsterdam rapporteert elk jaar over de stand van zaken rond vluchtelingen en statushouders. Eind vorig jaar verscheen de Vluchtelingenmonitor 2020, vooral met cijfers van vóór de corona-crisis. De aantallen statushouders dalen, zo blijkt uit de monitor. ‘De instroom van vluchtelingen is na een piek in 2015 en 2016 weer gestabiliseerd en ook het aantal nareizigers neemt af.’ Opvallend is het grote aantal statushouders uit Syrië (43 procent) en Eritrea/Ethiopië (21 procent), samen goed voor bijna tweederde van de 7.295 Amsterdamse statushouders. Naast tal van cijfers over aantallen en landen van herkomst, laat de monitor ook zien hoe het staat met ‘werk en inkomen’: hoeveel statushouders zitten er nog in de bijstand en hoeveel zijn inmiddels aan het werk?
Aan het werk
Statushouders hebben recht op bijstand en worden door de Amsterdamse sociale dienst WPI geholpen bij het zoeken naar werk. Dat gaat moeizaam, als we de cijfers mogen geloven. Immers, 37 procent van de statushouders is aan het werk. Dat was drie jaar eerder nog 31 procent. Een deel hiervan ontvangt daarnaast een bijstandsuitkering. Van alle Amsterdamse statushouders is 62 procent afhankelijk van een bijstandsuitkering. Daarbij zijn Eritrese statushouders vaker dan gemiddeld onder statushouders afhankelijk van bijstand.
Corona-crisis
De cijfers uit de Vluchtelingenmonitor 2020 zijn van vóór de corona-uitbraak. Hoewel nog niet duidelijk is wat de gevolgen van de corona-crisis zijn, raakt het ook de statushouders, aldus de monitor. ‘Maatregelen zoals het sluiten van de horeca en verbod op het uitvoeren van contactberoepen, treffen vluchtelingen relatief zwaar. Eenderde van de banen betreft werk in de horeca. Bovendien werken veel vluchtelingen in tijdelijke en flexibele arbeidsovereenkomsten, waardoor geen werk ook al snel geen inkomen betekent.’
